E-learning Informele Zorg

Ervaringsordening

KerntaakHerkennen
Competenties-Heeft kennis van (L)VB: de zichtbare en onzichtbare gevolgen, kan die kennis overbrengen. Herkent de (on)mogelijkheden van cliënt en verwanten.
OnderwerpErvaringsordening
WerkvormConceptualiseren
SamenstellingIndividueel
NiveauHBO

In de publicatie ‘Ervaringsordening’ van Dorothea Timmers-Huigens (2016) Deventer: Van Tricht, wordt de theorie en methode Ervaringsordening uitgelegd, toegelicht en in praktijk gebracht. Ook voor mensen met een verstandelijke beperking. Hoofdstuk 7 is daar geheel aan gewijd.

Er is een digitaal toegankelijke samenvatting. Samenvatting-Theorie-van-Ervaringsordening-oktober-2013.pdf  Lees deze samenvatting en neem daar 30 minuten voor.

Je ziet dat er 4 niveaus van ervaringsordening zijn. Hierbij een overzicht van deze niveaus.

Nu je deze kennis over ervaringsordening hebt verkregen ga je aan de slag in de praktijk. Lees onderstaande casus over Kees.

Inleiding op de opdracht/ voorbeeld 

Kees is een man van 50. Kees mist zijn familie.

Hij heeft een verstandelijke beperking  en is doof.

Kees heeft tot voor kort  veel ondersteuning gehad van zijn moeder. Zij zorgde dat hij naar paardrijden ging, contact hield met de familie, en dat hij zijn ‘verloofde’ regelmatig bezocht. Kortgeleden is zijn moeder overleden. Alle acties in het leven van Kees worden nu ondersteund door de begeleiding op de locatie. Kees heeft  twee broers, maar die wonen helaas ver weg. Beide broers bezoeken Kees met een frequentie van 1 x per maand. Echter, daarin zit geen structuur. Voor Kees is het net of hij helemaal geen bezoek krijgt of heel weinig. Soms ziet hij beide broers op dezelfde dag en dan heel lang niet meer. En de bezoeken aan zijn verloofde schieten er regelmatig bij in omdat de afstemming minder goed ondersteund wordt.

De begeleiding van een professional

De begeleiding merkte dat Kees somber werd. En door met hem een aantal profielkaarten te maken werd duidelijk hoe zijn leven veranderd is en dat daarbij de verloren structuur en duidelijkheid een grote rol lijken te spelen.

Er is contact met de broers opgenomen. Die schrokken van het bericht dat Kees niet goed in zijn vel zit. Er is een afspraak gemaakt om samen te kijken welke mogelijkheden er zijn om vaker met Kees op te trekken. En ook om te kijken hoe kan worden aangesloten op zijn wensen. Met de broers is vervolgens een bezoekrooster gemaakt. Daarin is opgenomen dat  Kees weer vaker naar de manege gaat. Een volwassen neef  zal door de broers gevraagd worden om Kees naar de manege te begeleiden. Deze neef woont vlakbij Kees. In samenspraak met de woonbegeleiders zal hij zelf de afspraken met de begeleiders van de manege maken. De woonbegeleiders zullen regelmatiger contact met de familie zoeken om goed af te stemmen en om te weten of de broers die ver weg wonen, het nog wel volhouden.

Tot slot is er een vrijwilligster gezocht die met Kees op vaste tijden bij zijn verloofde op bezoek gaat. Kees klaarde zichtbaar op in de maanden die op deze acties volgden.

Ga in twee- of drietallen in gesprek met de volgende vragen:

1.     Welk niveau van ervaringsordening is overwegend bij Kees aan de orde? Vind je dat hij daar voldoende in begeleid is? Zo ja: op welk moment en door wie? Zo nee, wat is volgens jullie een gemiste kans?

2.     Hoe zou je als professional de familie kunnen helpen om via de ervaringsordening Kees beter te leren begrijpen?

3.     Wanneer je terugkijkt naar de situatie, hoe zou jij als sociaal professional idealiter gewerkt hebben met deze methode? Je mag van alles bij de situatie verzinnen.

4.     Denk je dat de familie en informele zorgers open staan voor je aanpak? Zo ja, wat heb je gedaan om die openheid te bewerkstelligen?