E-learning Informele Zorg

(Afstemmen met) vrijwilligersorganisaties

KerntaakVerlichten
Competenties-Schakelt vrijwilligersorganisaties in ten behoeve van de persoon met NAH en stemt af over de taken en verantwoordelijkheden en de beperkingen van de vrijwilliger
Onderwerp(Afstemmen met) vrijwilligersorganisaties
WerkvormToepassen
SamenstellingTweetal
Tijd60 minuten
NiveauHBO
  1. Lees onderstaande tekst

 

Het is lastig om vrijwilligers te vinden voor deze doelgroep. Vaak weten vrijwilligers niet wat ze van de doelgroep kunnen verwachten. Verwachtingen moeten daarom duidelijk naar de vrijwilligers worden gecommuniceerd. Ze moeten geïnformeerd worden over wat de beperking met de cliënt doet. Maar ook verwachtingen verhelderen van de cliënt zelf . Vrijwilligersorganisatie ‘’Handje Helpen’’ koppelt vrijwilligers aan zorgvrager. Volgens Handje Helpen is het bij de inzet van vrijwilligers van belang dat de professional moet weten waar hij terecht kan om vrijwilligers in te schakelen en wat voor rol ze kunnen innemen. Men heeft als taak om het contact te faciliteren en ervoor te zorgen dat het in stand blijft door middel van verwachtingen duidelijk te maken en grenzen te bewaken voor de vrijwilliger, zodat deze niet afhaakt. Bereikbaarheid en nabijheid zijn belangrijk, zowel voor de cliënt als voor de vrijwilliger. Om ervoor te zorgen dat de vrijwilliger in beeld blijft en niet afhaakt, is het belangrijk om de vrijwilliger geen zorgtaken over te laten nemen. ‘Ik vind het leuk om samen met cliënten te winkelen, maar daar ben ik echt wel veel te duur voor, dat kan een vrijwilliger dan doen. Maar naar de woningbouw kan ik wel gaan. Dan kan ik weer minder komen.’

 

Uit:  onderzoeksrapport studenten MWD (2015) in opdracht van project Samenspel. Utrecht: Wmo werkplaats Utrecht

 

  1. Zoek in de regio waar jullie werken of studeren op welke vrijwilligersorganisaties er zijn. Welke mogelijkheden zijn er voor vrijwilligers ten behoeve van de persoon met NAH? Handje Helpen heeft bijvoorbeeld speciale maatjesprojecten, gericht op mensen met NAH.

Salem liep twee jaar geleden ernstig hersenletsel op. Ze is een jonge vrouw van vijfentwintig en woont zelfstandig. Met aanpassingen in het huis kan zij in haar eigen woning blijven wonen. Dit geeft Salem een vertrouwd gevoel. Ze voelt zich hier fijn. Salem kan echter niet goed alleen zijn en heeft veel moeite met de dagelijkse dingen. Gevolg hiervan is dat moeder zich ziek gemeld heeft op haar werk en dagelijks bij Salem is om haar te ondersteunen. Een woonvoorziening is onbespreekbaar. De situatie is nu onhoudbaar. Moeder wil wel weer aan het werk maar voelt daarvoor pas ruimte wanneer Salem in goede handen is. Als sociale professional heb je een pgb aangevraagd zodat er meer begeleiding thuis kan worden ingezet. Samen met Salem en moeder bespreek je wie uit het netwerk een rol kan spelen om moeder te ontlasten. Zij staan open voor een vrijwilliger, mits er een klik is en de vrijwilliger rustig is. 

  1. Wat zijn mogelijk geschikte taken voor deze vrijwilliger? Stel je voor dat één van jullie (persoon A) zich bij de vrijwilligersorganisatie heeft aangemeld als maatje voor iemand met NAH. Jullie gaan een gesprek opnemen waarbij er wordt afgestemd met degene van de vrijwilligersorganisatie. Neem het gesprek op met jullie mobieltje.

Persoon A is de coördinator van de vrijwilligersorganisatie. Je hebt een geschikte vrijwilliger gevonden.

Persoon B is de sociale professional, de begeleider van Salem. Stel vragen om erachter te komen of de vrijwilliger geschikt is en spreek af welke taken en verantwoordelijkheden de vrijwilliger op zich kan nemen. Houd er rekening mee dat soms aanwezig zijn al genoeg is en Salem op zoek is naar een rustige vrijwilliger.

  1. Lees het vervolg

Je bent als sociale professional op bezoek bij Salem. Moeder is ook aanwezig. Ze willen stoppen met de vrijwilliger omdat het Salem teveel vermoeid. De vrijwilliger is rustig aanwezig maar probeert steeds een gesprek met Salem aan te knopen. Dit kost haar zoveel energie dat ze helemaal op is wanneer de vrijwilliger weg is. Ze benadrukken dat de vrijwilliger lief en aardig is en willen de vrijwilliger niet kwetsen, daarom heeft moeder dit met de vrijwilliger niet bespreekbaar gemaakt.

Hoe pak je dit op met de coördinator van de vrijwilligersorganisatie? Voer het gesprek en neem het opnieuw op.

Luister de gesprekken terug. Wat ging er goed? Wat zouden jullie de volgende keer anders doen? Was dit probleem te voorkomen en hoe?