E-learning Informele Zorg

Eigen (onzichtbare) proces van de ouders en brussen

KerntaakHerkennen
Competenties-Heeft begrip voor gevoelens van rouw/ schuld/twijfel/eenzaamheid bij de ouders en brussen. Herkent eigen aarzelingen m.b.t. risico’s in het contact met informele steun en kan deze loslaten en bij collega’s bespreekbaar maken.
OnderwerpEigen (onzichtbare) proces van de ouders en brussen
WerkvormReflectie en Conceptualiseren
SamenstellingIn drietal
NiveauMBO

In deze opdracht ga je in voorbeelden aangeven hoe het proces van de ouders en brussen eruit kan zien en hoe de mantelzorger daarin zal worden ondersteund. Het gaat om situaties waarin voor de ‘buitenwereld’ er weinig tot niets aan de hand lijkt.

Uit:

Het Broers- en zussenboek van Anjet van Dijken. Meer informatie: www.lannoocampus.nl en www.brussenboek.nl.

In de interviews in het boek wordt duidelijk dat het opgroeien in een gezin met een zorgintensief kind invloed heeft op brussen. Soms positief, soms negatief. Volgens Martha Grootenhuis zitten brussen altijd in een kwetsbare situatie. Ze laten het vaak niet aan hun ouders merken als ze ergens moeite mee hebben, en dus weten ouders heel lang van niets. Als voorbeeld vertelt ze het volgende: ‘Mensen vroegen mij als klein meisje altijd hoe het met mijn broer ging, nooit hoe het met mij ging. Dat kon mij woest maken. Tegelijkertijd begreep ik dat gevoel niet: het ging toch ook goed met mij? Nu weet ik dat ik over het hoofd gezien werd, maar ook dat mijn ouders daar wel iets aan hadden kunnen doen. Ze hadden simpelweg vrienden kunnen instrueren om ook eens naar mij te vragen.’ ‘Ouders zijn soms zo druk met de zorg voor het gehandicapte kind dat de “normale”regels wel eens vergeten worden. Ieder kind evenveel aandacht geven bijvoorbeeld.’

Misschien ken je mensen in je omgeving die leven met iemand die een vorm van (L)VB heeft. Wanneer je die mensen niet kent, kijk dan naar de trailer van de film:

Uitzending Zembla: Liesbeth kan het niet meer volgen: mensen met een LVB lopen steeds vaker vast in onze maatschappij
Uitzenddatum: woensdag 1 april 2015 20:25 uur bij de VARA op NPO 2

De groep mensen met zwakbegaafdheid of een licht verstandelijke beperking is groot en gedifferentieerd. De groep, die permanent en structureel ondersteuning nodig heeft, groeit enorm. Zij redden het niet meer alleen in onze snelle en complexe maatschappij en worden daardoor in toenemende mate afhankelijk van o.a. (langdurige) VG-zorg. Dit kan leiden tot een plaats buiten of naast de samenleving, verbroken gezinnen, maar ook steeds hogere zorgkosten. In deze uitzending van Zembla wordt deze problematiek goed zichtbaar gemaakt en onder de aandacht gebracht.

Klik hier om de uitzending te bekijken.
Je gaat gebruik maken van het SOFA model ontwikkeld door Movisie

Instrument Sofamodel

Beroepskrachten hebben te maken met mantelzorgers die soms vooral één rol vervullen, soms meerdere tegelijk of, wisselend in de tijd, verschillende rollen vervullen. Ook is het mogelijk dat verschillende familieleden uiteenlopende (soms ook weer wisselende) rollen vervullen. Het Sofa-model is een weergave van de voornaamste ingrediënten voor samenspel tussen cliënt, mantelzorger en beroepsmatige hulpverlener en probeert ordening aan te brengen in de verschillende communicatievormen en interventies. We onderscheiden:

Samenwerken: de mantelzorger aanspreken in de rol van samenwerkingspartner
Ondersteunen: de mantelzorger aanspreken in de rol van medecliënt
Faciliteren: voorwaarden creëren om de persoonlijk relatie van de cliënt en diens familie zoveel mogelijk intact te houden
Afstemmen: voortdurende communicatie over behoeften, zorgen en successen van cliënt en mantelzorger

Voordat je kunt samenwerken met een ouder of met brussen (verder mantelzorgers) is het belangrijk dat je de vragen, wensen en behoeften van de mantelzorger kunt herkennen en signaleren. Signaleren is een belangrijke vaardigheid van de professional. De sociaal werker zal dus eerst moeten observeren en signaleren en dan pas ondersteunen en faciliteren.

Dat is mooi gezegd maar hoe kom je er als professional achter hoe het met de mantelzorger gaat? Vaak zien professionals cliënt en mantelzorger samen, en kan de mantelzorger niet vrijuit praten. In het volgende voorbeeld zien we iets dergelijks.

Uit: Brussenboek

“Ook zorgverleners kunnen wat Anjet betreft een rol spelen in het in zicht krijgen van het welzijn van brussen. ‘Vraag als zorgverlener eens hoe het met het andere kind gaat’, stelt ze voor. ‘Of organiseer vanuit de instelling een jaarlijkse brussendag, zodat broers en zussen ook eens in het zonnetje staan. Ik denk dat het niet in geld is uit te drukken hoe fijn dat is. En betrek broers en zussen in het bespreken van de zorgplannen. Vraag ze wat ze met de zorg voor hun broer of zus willen. Juist nu de politiek op de zorg bezuinigt en van plan is om steeds meer van mantelzorgers te vragen, moeten brussen hun stem kunnen laten horen. Vaak weten begeleiders in een instelling niet eens wie de broers en zussen van hun cliënt zijn. Dat is toch raar. Want als ouders overlijden, zijn zij meestal degenen die de zorg deels op zich nemen.”

1. Je hebt nu de hierboven twee casussen gelezen. Geef bij elke casus aan hoe en wanneer het moeilijk is voor de mantelzorger dat de eerste signalen van (gedrags)problemen bij mensen met (L)VB door de omgeving niet gezien worden.

2. Wat is er volgens jou nodig om de mantelzorger te laten weten dat jij, als professional, begrijpt hoe lastig dit is. Wat denk je dat de mantelzorger graag zou willen in de gegeven casus? Hoe kan je de expertise van de mantelzorger erkennen en benutten?

3. Welke vragen zou je de mantelzorger daarbij kunnen geven?

Hierbij is een ‘model begeleidingsplan voor de mantelzorger’ gegeven dat door de sociale professional ingevuld dient te worden. Verwerk de antwoorden per casus in dit begeleidingsplan.

Gezinsrelaties Geef kort je antwoord per casus Welke  vragen kun je de mantelzorger stellen?
Algemeen:

Hoe zijn de relaties binnen het huishouden?
Is er sprake van huiselijk geweld, mishandeling verwaarlozing?
Is er sprake van gedragsproblemen?
Heeft de mantelzorger veerkracht t.a.v. aanwezige problematiek?

Kruis aan wat van toepassing is per casus
1. Acute problematiek: Sprake van huiselijk geweld, kindermishandeling of verwaarlozing.
2. Niet zelfredzaam: Leden van het huishouden gaan niet goed met elkaar om en/of potentieel huiselijk geweld, kindermishandeling of verwaarlozing.
3.Beperkt zelfredzaam: Leden van het huishouden erkennen problemen en proberen negatief gedrag te veranderen.
4. Voldoende zelfredzaam: Relationele problemen tussen leden van het huishouden zijn niet (meer) aanwezig en/of woont alleen.
5. Volledig zelfredzaam: Communicatie tussen leden van het huishouden is consistent open. Leden van het huishouden ondersteunen elkaar.