E-learning Informele Zorg

Betekenisvolle activiteiten

KerntaakVersterken
CompetentiesOndersteunt het organiseren van betekenisvolle activiteiten
OnderwerpBetekenisvolle activiteiten
WerkvormReflecteren
SamenstellingDrietallen
Tijd60 minuten
Niveaumbo

Casus Desi

‘Af ent toe ga ik langs bij mijn oma. Mijn vader doet iedere week de boodschappen en regelt de financiën. Om hem te ontlasten en om mijn oma te zien probeer ik ook regelmatig langs te gaan. Ik heb mooie herinneringen aan vroeger. Toen gingen we iedere zondag bij haar langs. Ze had dan een lekkere soep gemaakt en genoot van de gezelligheid.

Tegenwoordig geniet oma minder zichtbaar. Geniet ze eigenlijk wel? Als ik langsga zegt ze dat ze het fijn vindt dat ik er ben. Dat doet me goed. Toch voel ik me de laatste tijd ongemakkelijk tijdens het bezoek. Soep koken doet ze niet meer. We zetten samen een kopje koffie en gaan op de bank zitten.

Als ik vraag hoe het gaat zegt ze eigenlijk altijd hetzelfde en daarna valt het stil. Als ik wat vraag krijg ik een kort antwoord. Omdat ze zegt het fijn te vinden dat ik langskom blijf ik het doen. Ik weet niet of ik mag verwachten dat ik ook plezier haal uit het bezoek. Zo lang ze nog leeft wil ik dit graag voor haar doen. Toch kost het me steeds meer moeite..  ‘


Casus Merel

Merel is 32 jaar. Ze woont samen met haar partner. Merel gaat regelmatig langs bij haar ouders die bij haar in de buurt wonen. Merel’s vader heeft Alzheimer. Moeder is mantelzorger en wordt ondersteund door haar dochters, vriendinnen en een casemanager dementie.

‘Activiteiten die ik met mijn vader deed waren fietsen, met de auto op vakantie, spelletjes spelen of een film en/of tv kijken. Tegenwoordig is het meer éénrichtingsverkeer. Mijn vader is meer ‘kind’ geworden. Hoewel ik zijn dochter ben, voel ik me soms meer de ouder. Ik ben degene die het initiatief neemt en zegt wat hij kan (of soms moet) doen. Mijn vader kan de hele dag boekjes lezen of kaartspelletjes spelen op de IPad. Spelletjes spelen lukt niet goed meer.

Ik heb moeten leren om mee te groeien met de achteruitgang. Geduld is hierbij belangrijk en het geven van duidelijke, korte instructies. Als hij een mindere dag heeft , moet ik weinig met hem ondernemen en niet teveel van hem verwachten.  We kunnen wel samen wandelen, een korte boodschap doen of samen naar muziek luisteren. Niet teveel willen op een dag maar doseren.

Een professional zou kunnen ondersteunen door vanuit kennis over dementie met ons mee te zoeken naar wat er nog wel gaat. Vanuit daar zoeken naar activiteiten waar we allemaal plezier aan kunnen beleven. Ik vind het belangrijk dat er naar mijn vader geluisterd wordt, naar mijn moeder en naar mij. Ik vind het mooi dat we nieuwe hobby’s ontdekken. Muziek luisteren hebben we vroeger nooit samen gedaan. Toen spelletjes spelen niet meer ging hebben we samen met de casemanager gekeken naar wat er wel lukt. Door haar vragen kwamen we zelf op het idee om samen muziek te luisteren. Dan zijn we samen maar hoeven geen gesprek te voeren. Het is fijn om hem dan te zien genieten van de muziek en het samenzijn.’

  1. Kennen jullie zelf mensen die thuis wonen waarbij sprake is van dementie? Zo ja, wat herkennen jullie in deze casus? Maak ieder individueel een beschrijving van een half A4 waarbij je de koppeling maakt tussen de eigen ervaring en de ervaring van Desi of Merel. Wissel uit.
  2. Lees Dementie en samen genieten van MantelzorgNL, de site Actief bij dementie over het ondernemen van plezierige activiteiten en gezamenlijke activiteiten voor mensen met dementie van Dementie.nl. Er is een mooi onderliggend document genaamd Momenten van zin. Daar kun je ook eens doorheen scrollen.
  3. Ga met elkaar in gesprek over hoe jullie naasten zouden kunnen ondersteunen bij het organiseren van betekenisvolle activiteiten. Bespreek in ieder geval de volgende vragen. Ga ieder uit van het beroep waar je op dit moment voor bent/wordt opgeleid.
    • Wanneer zijn activiteiten eigenlijk voor alle betrokkenen waardevol?
    • Wat zou volgens jullie de rol van de professional moeten zijn om dit mogelijk te maken?
    • Wat zal de rol zijn richting degene met dementie? En richting het netwerk? Wat vinden jullie daarin het allerbelangrijkst?
    • Wat verwachten jullie moeilijk te vinden?
    • Stel dat jullie als professional in contact komen met Desi. Wat wordt jullie aanpak om te ondersteunen bij activiteiten die ook voor Desi zinvol zijn?