Minicollege over de gevolgen van dementie op de naaste(n)
Kerntaak | Herkennen |
Competenties | Heeft kennis over de gevolgen van dementie vanuit literatuur en de praktijk. Heeft (basis)kennis over de gevolgen van dementie. Begrijpt dat de aard en de omvang van de dementie slechts deels bepalend zijn voor de mate van desintegratie. Kan moeilijk verstaanbaar gedrag verstaanbaar maken of moeilijke (sociale) situaties invoelen en uitleggen waarom deze ontstaan. |
Onderwerp | Minicollege over de gevolgen van dementie op de naaste(n) |
Werkvorm | Conceptualiseren, toepassen |
Samenstelling | Drietal |
Tijd | 90 minuten |
Niveau | mbo,hbo |
Op de site: Alzheimer Nederland kun je informatie vinden over de verschillende vormen van dementie. Lees de globale beschrijvingen en kies drie verschijningsvormen van dementie om verder uit te werken. Lees de uitgebreide beschrijving van de gekozen verschijningsvormen. Zoek daar op internet, of in de literatuurlijst behorende bij deze e-learning, nog meer informatie en films over.
Wanneer je goed in beeld hebt wat de kenmerken zijn van deze drie vormen, ga je verder met de consequenties voor de mantelzorger en naaste(n). Bedenk eerst zelf wat die consequenties kunnen zijn. Denk bijvoorbeeld aan: de gestoorde inprenting waardoor iemand steeds dezelfde vragen stelt, het decorumverlies in de openbare ruimte, of het niet meer herkennen van de eigen woonruimte. Schrijf vervolgens in de tabel, per vorm van dementie, wat de kenmerken zijn en zet daarnaast wat de consequenties daarvan zijn op de mantelzorger of andere naaste(n).
Ga naar de site: ‘Ouderenzorg Dementie’. Daar zie je een veel gebruikte indeling in de fases van dementie. Kijk hoe je in deze fasering de door jou uitgewerkte soorten dementie herkent. Werk de consequenties uit op die verschillende fases en gebruik daarvoor het gegeven schema.
Nu je deze informatie hebt, ga je een minicollege voorbereiden. Dit minicollege geef je aan je medestudenten of aan je collega’s. Bedenk een goede werkvorm voor een minicollege van een half uur. Leg hierin de gevonden informatie en de consequenties op de mantelzorger/naaste(n) uit, door gebruik van kennisoverdracht/ film/ voorbeelden. Zorg dat je met de groep in gesprek komt en stimuleer een discussie. Bereid voor hoe je je publiek aanzet tot nadenken. Zorg dat je in je minicollege onderscheid maakt tussen het perspectief van degene met dementie, het perspectief van de mantelzorger en het perspectief van andere naasten (ook vrijwilligers). Laat zien inzicht te hebben in het feit dat de aard en omvang van de dementie slechts deels bepalend zijn voor de mate van desintegratie. Geef tot slot tenminste één voorbeeld van een moeilijke (sociale) situatie en verbind dat aan de kenmerken van dementie en de consequenties op de mantelzorger en andere naasten.